· 

Dyslexie is geen probleem maar een kans

 

Wat ik al zolang wist, maar niet echt

 

Anderhalf jaar geleden was ik met mijn manager in gesprek en kwam ter sprake dat ik dyslectisch ben en dat ik er achter was gekomen dat dat meer invloed op mijn leven had gehad dan alleen maar moeite met taal. Zij vroeg toen of ik daar concrete voorbeelden van kon geven, maar daar had ik tot mijn eigen verwondering geen direct antwoord op. Ik heb altijd wel ‘gevoeld’ dat er ‘dingen’ waren die te maken hadden met mijn dyslexie, maar ik had er nooit echt werk van gemaakt dat verder te onderzoeken. In deze blog ga ik op zoek naar de dingen die je als dyslecticus anders doet of beleeft.

Informatieverwerking

 

Er wordt wel gezegd dat Dyslexie een taalkundig probleem is. Je leert lezen op school, volgens het systeem dat daarvoor bedacht is en het lukt niet. Dan heb jij een probleem. Mijn statement aan het begin van deze blog is dat dat de verkeerde benadering is. Iemand met dyslexie heeft een andere manier van informatieverwerking in zijn brein dan ‘het gemiddelde’, ‘het normale’. En dat is eigenlijk heel normaal. Dat heet biologische evolutionaire diversiteit. Nou heb ik wel begrepen dat er blijkbaar nog geen wetenschappelijke consensus is over wat er precies aan de hand is, maar ik heb ook geleerd dat dat dingen soms nog door de wetenschap ’ontdekt’ moet worden. Ik volg daarom in deze blog de verklaringen die ik gevonden heb en die aansluiten bij mijn eigen ‘ervaringsdeskundige’ beeld.

 


Linker en rechterhersenhelft


Elk brein bestaat uit een Linker en een Rechterhersenhelft en een verbinding daartussen. De beiden hersenhelften lijken elk uitgerust te zijn voor verschillende soorten taken. Onze linkerhersenhelft is o.a. goed toegerust voor het sequentieel opnemen van informatie, het analyseren, het lineair denken, focus houden op de details en plannen. Onze rechterhersenhelft is o.a. goed toegerust om ervaringen te verwerken, intuïtief te reageren, veel verbanden te leggen (associëren), creatief te zijn en het grotere plaatje te zien.

 

Met deze verschillende mogelijkheden van ons linker- en rechterbrein kan elk mens mooi ‘in balans zijn’, we kunnen als mens allerlei situaties aan. Nu lijkt het er op dat dyslectici ( en dyscalculie, ADHD) een voorkeur hebben voor gebruik van het rechterbrein, zie het maar als links- of rechtshandige mensen. Voorkeur betekent dus niet dat je niet met je linker- of rechterbrien zou kunnen werken, maar dat het je meer moeite kost om daar nieuwe vaardigheden mee te leren.
Vroeger werd er in het schoolsysteem op gehamerd dat als linkshandig toch rechts moest leren schrijven. Dat is net zo’n systeembenadering als bij problemen met lezen van een dyslecticus. Ben je linkshandig, dan kun je best leren schrijven, maar het gaat beter op jouw voorwaarden. Ben je rechtsbreinig, dan kun je best leren lezen, maar beter op jouw voorwaarden.

De voorkeur van de meerderheid

 

Over de gehele bevolking genomen lijken er meer mensen te zijn met een voorkeur voor het gebruik van het linkerbrein. Dat is echter wel te nuanceren. Onze school, het bedrijfsleven en de maatschappij is ingericht op stapsgewijs informatie verwerken en strak plannen. Je kan je daarmee voorstellen dat mensen die van nature misschien geen voorkeur voor het gebruik van de linker of rechterhersenhelft hebben toch een voorkeur voor het gebruik van de linkerhersenhelft gaan ontwikkelen. In oosterse landen, waar veel mindfull levensbenaderingen vandaan komen, is er bij de bevolking een minder duidelijke voorkeur voor gebruik van het linkerbrein terug te zien.

 


Beelddenken


Dyslectici zijn beelddenkers, beelddenken is sterk maar niet één op één verbonden aan dyslexie. Over het algemeen wordt op school veel lesstof aangeboden op basis van taal. Daarnaast wordt de lesstof in kleine stapjes opgebouwd om pas aan het eind alles aan elkaar te verbinden en het overzicht te tonen. Een lineaire werkwijze. Een dyslecticus werkt echter bij voorkeur vanuit een globaal conceptueel beeld naar de details toe, net andersom. En niet taal maar schema’s en plaatjes, beelden, zijn de favoriete manier om die kennis op te doen.

 

Toen ik zelf al kinderen had die op de middelbare school zaten hoorde ik ooit een ouder zeggen ‘hoe kunnen ze daar nou een slecht cijfer voor halen, dat is gewoon stampwerk, dat kan iedereen’. Op dat moment werd ik van binnen best een beetje boos, het is die aanname die maakt dat kinderen met dyslexie het zo moeilijk hebben. Er wordt van je verwacht dat je gemakkelijk rijtjes taal uit je hoofd kan leren, omdat dat voor henzelf gemakkelijk is. Maar als beelddenker is dat dus helemaal niet makkelijk. Voor een beelddenker zijn het juist de begripsvragen die vaak makkelijk zijn, en dat wekt dan weer verbazing op, ‘dus je kan het wel!?’. Dit heeft ook een relatie met de andere aspecten die meespelen bij dyslexie, namelijk context zien en veel associëren. Die komen hieronder aan bod.

 

Even een klein voorbeeld hoe je als beelddenker iets onthoudt. Soms komt een collega nog iets vragen over een vergadering van een week geleden. Met de woorden die de collega gebruikt kan ik me niet herinneren waar het overleg over ging, als ik me al kan herinneren dat het overleg heeft plaats gevonden. Dan kijk ik altijd even snel in mijn digitale weekagenda, daar zie ik het overleg staan in een blokje tussen alle andere overleggen van de week. Dan komt het hele overleg direct weer uit mijn geheugen naar voren en kan ik zijn vraag beantwoorden. Geen woorden, maar beelden.

Autodidact


Tijdens een beoordelingsgesprek, jaren geleden, merkte mijn toenmalige directeur op, ‘maar jij bent autodidact’. Ik was verbaasd, ‘ja, hoe had je dan gedacht dat ik moest leren?’ Zonder dat ik mij daar heel bewust van was ben ik vooral op mijn eigen manier kennis gaan opdoen. Vanwege de lesmethodiek heb ik nooit echt plezier gehad aan de lessen op school of cursussen voor mijn werk. Dat wilde niet zeggen dat ik niet graag wilde leren, in tegendeel, maar uit nood, zonder daar bewust voor gekozen te hebben, ben ik op mijn eigen manier kennis gaan vergaren. Hoe fijn zou het zijn als het onderwijs voor verschillende informatieverwerkende breinen passende leermethodes kan aanreiken, zodat je niet ook dát nog voor jezelf moet uitzoeken.

 


Woordprobleem


Op mijn werk kom ik het regelmatig tegen dat collega’s mij niet begrijpen omdat ik een ‘verkeerd’ woord gebruik. De exacte betekenis van een woord brengt ze dan op een ander spoor dan waar ik in mijn verhaal naar toe wil. Op school, in de maatschappij en zeker in juridische zaken wordt het gebruik van de juiste woorden met de juiste betekenis heel belangrijk gevonden. Maar voor iemand met een voorkeur voor het gebruik van het rechterbrein en het denken in beelden, zijn woorden de houtskool waarmee het beeld dat zich in zijn brein heeft gevormd naar buiten wordt gebracht. De exacte betekenis van de woorden is dan minder belangrijk, het gaat er om dat het totale beeld wordt geschetst.


Overigens vind ik het dan wel vermakelijk als er stevige discussies ontstaat over de exacte betekenis van een woord. Dan denk ik, ‘Ja maar als je nou naar het geheel, de context luistert, dan kan een woord toch nooit één definitie krijgen’. Je kunt beter de verschillende contexten definiëren. Voorbeeldje? Het woord domein, wat is daar de definitie van? Een afgebakend stuk waar iemand het voor het zeggen heeft? Maar met context krijgt het pas echt betekenis. Denk maar eens aan het jachtdomein van de Hertog, het domein van de sport, een netwerkdomein, mijn domein naam, etc.

Werken vanuit de context


De noodzaak van context is altijd te zien als mensen in overleg met elkaar treden, of in een vergadering op werk, of in een discussie op TV. Als mensen daar alleen op basis van woorden naar elkaar luisteren gaat het vaak mis, ze begrijpen elkaar niet, praten langs elkaar heen. Als je ook gaat luisteren naar de manier waarop iemand het vertelt, naar de zinnen er om heen, dan kun je daaruit een totaal beeld opmaken van wat iemand bedoeld. Een collega die goed contexten kon waarnemen zei eens tegen mij dat hij nog nooit iemand zo snel van context had zien switchen in overleggen. Dat is dus een gevolg van dyslexie, omdat je niet goed bent in het onthouden van woorden ben je goed geworden in 'zien' van context en met beelddenken kun je ook nog eens heel snel switchen.

 


Brede waarneming


Waar het linkerbrein goed is in focus aanbrengen is het rechterbrein goed in het vormen van een  breed beeld. Je gebruikt je oren, je ogen, je geur, je intuïtie, je gevoel. Met al je sensoren probeer je jezelf een beeld van de situatie te vormen. Voor dyslectici is dit dus de voorkeursmethode. Daar zijn twee consequenties aan. Ten eerste kan je snel afgeleid zijn, een kantoor tuin is voor de meeste rechtsbreinigen een hel. Ten tweede heb je in een vergadering vaak meer tijd nodig om naast het besprokene ook al die andere indrukken te verwerken. Dat betekent dat je vaak even tijd nodig hebt om ‘in de vergadering’ te komen, maar daar tegenover staat dat je het vaak wel ziet als iemand niet is aangehaakt in het gesprek.

Associëren


Een manager zij wel eens tegen mij; ‘maar jij weet van te voren helemaal niet wat je gaat zeggen’, en ik dacht verbaast over mijzelf ‘ja dat klopt’, maar was vervolgens ook verbaast toen ik bedacht ‘maar jij weet dus wel van te voren wat je gaat zeggen’. Een linksbreinige heeft in zijn hoofd al alles op een rijtje gezet wat hij of zij wil gaan zeggen, van begin tot conclusie. Een rechtsbreinige denkt niet in lijnen van een begin naar een eind, maar heeft veel meer allerlei associaties in zijn hoofd op basis waarvan hij/zij een heel verhaal kan vertellen. Welke kant dat verhaal op gaat is afhankelijk van de associaties die hij/zij op dat moment naar boven kan halen. Dat leidt dus niet altijd tot een gestructureerd verhaal. Gemakkelijk associëren kan ook in je voordeel werken. In onverwachte of complexe situaties raak je niet snel het overzicht kwijt, dat had je al en van daaruit weet je altijd wel een volgende stap te bedenken.

 


Focus houden


Het linker brein is goed in het automatiseren van handelingen, dat vergt gevoel voor tijd, focussen op de taak en niet afdwalen met je gedachten. Voor dyslectici zijn concrete afspraken en strakke planningen dan ook moeilijk op te volgen, de aandacht zal in de tussentijd naar andere akties getrokken worden en 'het komt wel een keertje'.


Toch is planning wel mogelijk. Ik heb wel eens in januari een nette lijst opgesteld van de klussen die ik in het huis wilde doen. Alleen heb ik de rest van het jaar die lijst niet meer ingekeken, was hem zelfs vergeten. Dat lijstje was alleen maar een vastlegging van de beelden die ik had van de klussen die gedaan moesten worden, die ben ik dus gewoon gaan doen. Aan het einde van het jaar kwam ik bij toeval deze lijst weer tegen en wat bleek van de 36 klussen had ik er 34 gedaan. Zonder lijstje had ik de focus op de klussen dus niet verloren.

De focus van het oog


Er is ook nog wat bijzonders aan de focus die het oog aanneemt. Uit onderzoek is gebleken dat mensen met een voorkeur voor gebruik van het rechterbrein standaard een breder waarnemingsveld hebben met hun oog. Iedereen kan zijn focus natuurlijk instellen op detail of waarneming van de hele omgeving, maar ook hier geldt, wat is je default modus en waar oefen je je hele leven op. Mijn default modus is in ieder geval breed en soms werkt dat in je voordeel en soms in je nadeel.

 

Hierbij een voorbeeld van het effect van focus houden en je oogfocus: Ik heb met mijn motor enkele keren mee gedaan aan een dagje circuit rijden.  Eén van de belangrijkste dingen bij het motorrijden is je kijkgedrag, waar je naar kijkt daar gaat je motor naartoe. Om een bocht perfect te kunnen rijden moet je heel gefocust naar de weg kijken, vér voor je uit, en de bocht al inkijken voordat je deze gaat nemen. Maar wat gebeurd er als ik met mijn linkerbrein gefocust de perfecte lijn probeert te rijden? Jawel, mijn dominante rechterbrein neemt ineens weer de controle over. Mijn oog mag weer de hele omgeving waarnemen en mijn rechterbrein denkt weer aan van alles en nog wat. De perfecte rijlijn is helemaal uit beeld verdwenen. Dat is niet natuurlijk niet handig als je met hoge snelheid op de volgende bocht afrijdt.

 


Kennis overdragen als beelddenker


Als dyslecticus kun je moeite hebben om je kennis over te dragen. Je hebt zoveel inzichten, je associeert zo snel dat je al gauw een verhaal vertelt zonder kop en staart waar anderen geen touw aan vast kunnen knopen. Het gevolg kan zijn dat je onzeker wordt. Niemand begrijpt mij, dus dan zal ik het wel niet goed begrijpen.


Dynamika in Amsterdam is een bedrijf dat volwassen dyslectici daarom drie dingen leert om weer vooruit te komen. Eén je zelfvertrouwen terugkrijgen, je bent niet gek, integendeel je ziet het heel goed. Twéé mindmappen, gebruik mindmappen om die associaties onder controle te krijgen door ze op papier te zetten en neem je toehoorders vanuit die zichtbaarheid mee in je verhaal. En dríe je leert hoe je kan snellezen. Ja het klinkt gek, een dyslecticus die kan snellezen, maar door op hoge snelheid de tekst te scannen voorkom je dat je tijdens het lezen je gedachten of je ogen laat afdwalen. Het mindmappen gebruik ja weerom dat wat je gelezen hebt echt te leren onthouden.

 

Bij Dynamika spreken ze niet over mensen met dyslexie maar over conceptueel denkers. Conceptueel denken is met de vaardigheden die de dyslecticus heeft, zoals benoemd in deze blog, heel gemakkelijk. Maar het is zeker niet de voorkeur denkwijze van de meeste mensen en dat maakt kennisoverdracht via concepten erg moeilijk. Je kunt dit zelf testen als je mijn blog over de 7 kapitalen van welvaart leest, kun je er niks mee of zie je het concept.

Slot


1. Dyslexie is niet een probleem maar een gevolg. De ‘oorzaak’ van niet goed kunnen lezen volgens het aangeboden leersysteem zit in een andere ‘voorkeursbedrading’ in de hersenen. Dat moet je niet benaderen als fout en proberen te herstellen, dat moet je benaderen als een andere uitdaging voor het leersysteem en een kans voor de leerling. Net als met andere talenten zoals bijvoorbeeld sporttalent.


2. Met deze kennis over dyslexie wordt het duidelijker hoeveel meer invloed deze andere breinbedrading op je leven heeft. In mijn blogs over ‘de mens’ is al wat te vinden over onze hersenen. Daarin refereer ik ook aan Margriet Sitskoorn, zij benoemd o.a. ‘je gedrag vormt je hersenen, en je hersenen vormen je gedrag’. Dat is een wederkerigheid. Dan klinkt het ineens wel aannemelijk dat een andere bedrading van je brein invloed heeft op je gedrag en op de manier waarop je denkt, leert en leeft. Dat is een veel bredere en open benadering dan het systeemdenken van ‘jij hebt een leesprobleem’.


3. Als er al een probleem is, dan is het dat onze maatschappij graag systematisch wil werken, ‘zo gaan we het doen, dit is het leerplan, dit is de leermethodiek, dit is hoe we het werk hebben ingedeeld, die is hoe je moet denken en handelen’. We moeten als maatschappij onze systemen van leren en handelen zo gaan openstellen dat mensen met een andere breinbedradingen daar ook in passen, denk aan ADD, ADHD, Autisme, Dyslexie, Dyscalculie en wat nog meer. We moeten daarbij ook op zoek naar de verborgen talenten die daar achter liggen. Evolutionair gezien is het slim dat een sociaal dier als de mens een variatie van mensen heeft met verschillende breinbedradingen. Zo is over de gehele mensheid het volle potentieel van ons brein beschikbaar, dat redt één mens nooit.

 


Interessante links

 

  • Opleidingscentrum dat gespecialiseerd is in beeldenken: beeld en brein.
  • Dynamika, advies, training en coaching voor conceptueel denkers.
  • Een uitleg door Sjan Verhoeven (Dynamika) over hoe conceptueel denkende hersenen werken.
  • Langstraat TV over hooggevoelige kinderen en dyslexie.
  • Een blog over de balans die je kunt bereiken door zowel je linker als rechterbrein zijn werk te laten doen.
  • Aardige blog over hoe we ons linker en rechterbrein inzetten ten tijde van de Corona crisis.
  • Een kleine test of je voorkeur hebt voor je linker of rechter brein.
  • Meer informatie over de rol van de linker en rechterhersenhelft.
  • Sceptisch stuk over het denken in voorkeuren van linker en rechterbrein.
  • Informatie over beelddenken uit de praktijk 'Reflex in beeld'.
  • Een blog over de vraag of je zelfs persoonlijkheid aan een hersenhelft kan toewijzen.


Nog een kleine note die bij me opkomt na het lezen van enkele van deze blogs. Moeten we ons focussen op de rol van het linker- en rechterbrein, of moeten we ons focussen op het feit dat vast niet alle mensen gelijk ‘bedraad’ zijn in hun brein. We zijn allemaal variaties in de evolutie, lichamelijk én dus ook in ons brein.

 

Reactie schrijven

Commentaren: 0